Over jezelf

Teksten over  JEZELF WORDEN, JEZELF ZIJN en JEZELF BLIJVEN.


De kunst is je talenten te kennen en in te zetten bij alles wat je doet. Voor de hoofdrol in je leven hoef je nooit auditie te doen.

Eveline Helmink, Happinez 3-2018, pag. 5.


Ik heb je geen veilige reis beloofd, wel een behouden aankomst.

Tekst op een tegeltje in de kamer van de Franciscaan Loek Bosch, Ik wil dat je leeft, Leo Fijen, pag 127.


Wat echt de moeite waard is, is ook veel moeite waard.

Trappistin Rebekka Willekes, Ik wil dat je leeft, Leo Fijen, pag. 82.


Gehoord:

Het weer is nooit slecht. Je bent alleen niet goed gekleed.

 Gelezen:

Wat je allemaal tegenkomt in het leven kun je vaak niet zelf bepalen, wel hoe je ermee omgaat.

Gedacht:

Geleefd worden of leven?

Moeten of mogen?

Slachtoffer zijn of vechten?

Conformeren of jezelf zijn?

Slaafs zijn of vrij?

Na-apen of creatief zijn?

Aanpassen of kiezen voor wat jezelf wilt.

Harrie Bielders


Zondig gerust, zondig tegen jezelf en doe jezelf geweld aan, mijn ziel;

maar later zul je niet meer de tijd hebben om jezelf te achten en te respecteren.

Want één leven slechts, een enkel leven, heeft eenieder.

Voor jou is het bijna afgelopen en je hebt in je leven jezelf niet ontzien

maar je hebt gedaan alsof het bij je geluk om de andere zielen ging…

Degenen evenwel die de bewegingen van de eigen ziel niet oplettend volgen, zijn noodgedwongen ongelukkig.

Marcus Aurelius: Overpeinzingen, De nachttrein naar Lissabon,

Pascal Mercier, pag. 35


Ons leven is autonoom als het ons lukt het zowel innerlijk als naar buiten toe in overeenstemming met ons zelfbeeld te leiden, als het ons lukt bij ons handelen, denken, voelen en willen degene te zijn die we graag zouden willen zijn. En omgekeerd: zelfbeschikking bereikt haar grenzen of mislukt helemaal, als er tussen zelfbeeld en werkelijkheid een kloof blijft bestaan.

Peter Bieri, Hoe willen wij leven, pag. 13.


Er is een vraag die je jezelf moet stellen als je vanavond naar bed gaat. De allerbelangrijkste vraag: wat zijn mijn dromen? Welke dromen heb ik als sinds mijn jeugd, die ik nooit helemaal heb nagejaagd omdat op een bepaald moment het leven zich ermee bemoeide?

Misschien ben je ze vergeten. Dromen worden begraven door de beproevingen, teleurstellingen en lotgevallen van het leven. Maar dat is eigenlijk een bemestingsproces.

De dromen gaan niet weg. Ze wortelen zich juist en kunnen met een beetje water weer tot leven worden gewekt, gecreëerd – groter, sterker, beter dan daarvoor.

Rupert Isaacson, De lange weg naar huis.


We zijn teveel op de aarde gericht en te weinig op de hemel. Als we zo doorgaan, vallen we terug naar het niveau van dieren die nooit omhoog kijken naar de sterren.

Tijn Touber, Heimwee naar het paradijs, pag. 148


Als je niet beweegt, ben je niet vrij.

Uitspraak tijdens het WK-voetbal - 2014


Asocialiteit: een levenshouding van er meer uitslepen dan je bereid bent erin te investeren.

Steinbeck in Travels, Reizen zonder John, Geert Mak, pag. 387.


Robert Muller: ‘Een student vroeg me eens hoe je jezelf kunt omvormen tot een wereldburger. Mijn antwoord was: vermenigvuldig alles wat je doet met 7 miljard. Als je dus een plastic zak weggooit, stel je dan een berg van 7 miljard plastic zakken voor. Dat is drie keer de Mount Everest.’

Tijn Touber, Heimwee naar het paradijs, pag. 148


ALS MOZES HAD DOORGEVRAAGD

Moest ik mijn land verlaten: ik zou blijven.

Stond mijn stad in brand: ik draaide me om.

Moest ik mijn kind offeren: ik weigerde.

Zolang jij je niet laat kennen houd ik

benen op de grond, armen om het kind.

Mij scheep je bij geen bramenstruik af

met ‘ik ben die ik ben’,  een kleine vlam, een donderstem.

Mozes was iemand van zijn tijd: dankbaar voor het leven,

bang om door te vragen en ook: een man,

die vragen niet zoveel.

Ik was blijven staan bij die struik tot je verscheen.

Geen smoesjes van doeken voor ogen omdat je straling te fel.

Mozes was brandgloed gewend, ik tl.

Kom maar op, zou ik zeggen. Zeg ik nu: Kom maar op.

Als niet Mozes, maar ik bij Horeb had gestaan ging het zo:


Ik: Wie ben je?

Jij: Ik ben die ik ben.

Ik: Ik ook.

Jij: Ja, jij ook.


Dan had ik je aangeraakt en jij mij.

Was de Bijbel geen boek, maar een omhelzing.

Marjolijn van Heemstra, 2010


Alles wat ontkend en onderdrukt wordt, elk conflict dat wordt weggemoffeld en verloochend - in een cultuur en in een individueel bestaan - zoekt een uitweg en keert zich uiteindelijk in een duivelse vermomming tegen het leven, geweldadig en vernietigend.

Connie Palmen, Jij zegt het, pag.98


We vinden fouten maken maar moeilijk te aanvaarden. Dat is echt een probleem, want iedereen maakt fouten. Niemand is perfect, ook onze leiders niet: de spirituele noch de seculiere. We kunnen een misstap niet meer zien als een moment waarvan je iets kunt leren. Dat gaat ten koste van vertrouwen en nieuwsgierigheid, niet alleen ten aanzien van de leiders, maar uiteindelijk ook ten aanzien van jezelf.

Ethan Nichtern, Happinez 7-2015


Hoe vermoeiend is het, om in de rol die onze is, gedwongen te worden een rol te spelen die niet de onze is: de persoon die je werkelijk moet zijn om je taak te vervullen mag je niet laten zien – wil je niet verhinderd worden om je taak te vervullen.

Zo is het nu eenmaal, zo vermoeiend – en onontkoombaar – hebben de mensen over het algemeen hun samenleving georganiseerd.

New York 1955, Dag Hammerskjöld, Merkstenen, pag. 86


Als je het steeds over je beperkingen hebt, kom je er nooit van af. Waarom zou ik mijn beperkingen willen houden?

Elezabeth Gilbert, Big Magic


Milarepa leert ons dat het niet zozeer gaat om wat er met ons gebeurt; het gaat erom hoe we erop reageren.

Abhinabha Tangerman, Happinez 7-2015, pag. 73


Traditioneel zijn westerlingen afgereisd om de ander te vertellen hoe het moet, vanuit  een culturele superioriteitsgedachte. Ik reis vooral om nieuwe inzichten op te doen.

Sunny Bergman, VPRO-gids 48-2015 (Tekst van de maand november 2015)


Moedig is wie zich inzet voor een goede zaak, niet berekenend is, niet met de minst mogelijke inspanning het groots mogelijke rendement probeert te behalen.

Moedig is wie niet uit alles een slaatje wil slaan, niet met alles wat hij doet geld wil verdienen.

Moedig is wie niet meedoet in de collectieve gekte van lenen en niet voortdurend bezig is de belasting om de tuin te leiden, maar spaart en door belasting te betalen een bijdrage levert aan het collectieve welzijn.

Deze mentaliteit laat de lucht uit de opgeblazen economische ballon en is op de lange termijn duurzaam, zowel voor de geestkracaht van de mens als van de wereld die hij nodig heeft om te leven.

Moedig zijn betekent dat je staat voor wat je denkt en voelt en dat je je niet ondergeschikt maakt aan wat gangbaar is.

Henk Smeijsters, Autonomie: Hoe word ik een persoonlijkheid in een turbulente wereld. (Tekst homepage december 2015)


Als je rijk wil worden, is het beter je hebzucht te verkleinen dan je bezit te vergroten.

Dirco te Voortwis, TV-spot Triodosbank


Ik dacht er laatst aan welke fases ik al heb doorlopen in mijn leven. In mijn jeugd lag alles binnen handbereik, de wereld was grenzeloos en alles kwam mij aanwaaien. Daarna kwamen de vragen die ik mezelf ging stellen en toen ik alles zo’n beetje had beantwoord, mijn richting had gevonden en heerlijk op de sneltrein dacht te zitten – eindelijk, daar gaan we – hielde de rit op bij een berg die ik op mijn blote knieën bleek te moeten beklimmem. De berg die leven heet. ’t Is vaak heel zwaar, maar dat is een kwestie ven perceptie; soms wordt zoiets door de situatie in de wereld bepaald en soms is het mijn eigen gemoedsrust die me dwarszit. Al met al gaat het best goed. Mijn rugzak wordt steeds lichter, allerlei onzin heb ik er al uitgegooid. Oppervlakkige vriendschappen, verlangens die nergens naartoe gaan, ambities die er helemaal niet toe doen: weg ermee. Zonde van de tijd. Zonde van je gemoedsrust.

Yasmine Allas, Human lente 2016, pag. 14


Alles wat ik voor de buitenwereld doe dat geen verbinding heeft met mijn ziel, heeft applaus nodig. Handelen vanuit mijn diepste ik, mijn ziel, heeft genoeg aan zichzelf.

Harrie Bielders


Ik was altijd een dromer, ik wil nog steeds een dromer zijn.

Mehdi, Iraniër


Niet jezelf zijn kost moeite. Die energie kun je beter in jezelf stoppen, in plaats van diegene die je toch niet bent.

Kim van Kooten, Happinez 3-2016, pag. 87


Voor mij is vrijheid het vermogen om uit het ego te stappen en in staat zijn alle lagen van conditionering die we verzamelen in ons leven af te leggen. Vrijheid is van buitenaf naar jezelf kunnen kijken, en onder al die lagen je ziel zijn meest pure vorm kunnen waarnemen. Met ego bedoel in trouwens niet alleen het opblazen van jezelf, maar ook al onze emoties, gedachten en patronen.

Ik heb de taak om de muziek door mijn heen te laten stromen, dat kan alleen als mijn ego niet in de weg staat.

Xavier Rudd, Australische singer-songwriter, Happinez 4-2016, pag. 99


Door je verlangens onderscheid je je van anderen. Door te openbaren wat je echt verlangt, laat je zien wie je werkelijk bent en creëer je de mogelijkheid om met hulp van anderen je eigen en best passende plaats te vinden. Wees waarachtig. Je verlangen bevat de essentie van hetgeen je bent, maar ook de essentie van wat je voor anderen kunt betekenen. Niet door je aan te passen maar juist door echt te zijn, hoor je er pas echt helemaal bij.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag.175, tekst homepage september 2016


Heel lang heeft de mens gedacht dat hij egoïstisch was als hij zijn eigen wensen probeerde te realiseren. Alsof een appelboom egoïstisch zou zijn als hij veel appels produceert. Totdat hij ontdekte dat hij juist door zijn eigen wensen te realiseren en de vruchten van die realisatie te delen, de grootst mogelijke bijdrage leverde aan het geheel.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 218


Vergeet nooit dat je planning geen doel op zichzelf is. Het is slechts één van de instrumenten die je gebruikt om je oorspronkelijke wens te realiseren. Als je planning niet meer bijdraagt aan het realiseren van je wensen, laat dan de planning, maar nooit je idealen los.

Je plande bijvoorbeeld ooit samen een leven lang gelukkig te zijn en je hebt daarover met elkaar heel duidelijke afspraken gemaakt. Je plande ooit een studie en een schitterende carrière. Nu blijkt in de praktijd de relatie niet zo vruchtbaar als je gehoopt had en de carrière je niet gelukkig te maken. Je staat voor de keuze je ideaal op te geven of je afspraken te verbreken.

Wie zijn ideaal opgeeft, geeft zijn bestemming op. Wie zijn planning opgeeft, bekent dat hij zich vergist heeft.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 188


Als een collectieve doelstelling niet uit de betrokkenen ontstaat maar van bovenaf opgelegd wordt, krijg je een boomgaard die geacht wordt bladgroente te maken. Er ontstaat collectieve stress.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 180


Geloven, positief denken betekent dat je je geest reinigt van twijfels en andere niet steunende denkbeelden om daarmee de kans op welslagen van je wensen te bevorderen. Dit betekent dat je voor de enigszins tegennatuurlijke opgave staat je twijfels en andere onwenselijke denkbeelden  te vervangen door nieuwe positieve opvattingen, door geloof. En dit, terwijl je brein nogal gehecht is aan zijn gelijk. Doorbreek de macht van de vanzelfsprekende macht van je eigen gelijk en vervang dit door een gelijk dat dienstbaar is aan je wensen. Dus niet ‘Als ik nee zeg, krijg ik vast ruzie'. Maar ‘Als ik nee zeg, word ik daar om gerespecteerd en oogst ik waardering'.

Marinus Knoope, De creatiespriraal, pag. 157


Je eigen wensen die kies je niet, nee, die blijk je gewoon te hebben. Ik ben voorbestemd mijn eigen wensen te realiseren en jij bent voorbestemd jouw wensen te realiseren. Appelbomen krijgen gewoon appels. Ieder levens wezen heeft in het geheel zijn eigen rol, een eigen betekenis. Iedere cel, iedere plant, elk dier en elk mens heeft een eigen bestemming en die bestemming manifesteert zich als een innerlijke aandrang, een innerlijk verlangen. Door in het verlengde van dit verlangen te scheppen, levert ieder organisme zijn bijdrage aan het voor hemzelf ondoorgrondelijke geheel.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 30-31


Net zoals je angst nodig hebt om als mens in leven te blijven, heb je je ego ook nodig, want dat verschaft je de fundamentele contouren van je persoonlijkheid – om je te helpen je individualiteit op te eisen, je verlangens te specificeren, te leren inzien waar je voorkeuren naar uitgaan en je grenzen te stellen.

Maar je moet je ego niet alle touwtjes in handen geven, want dan loopt het uit op een fiasco. Je ego is een fantastische bediende, maar een verschrikkelijk bediende – je ego wil namelijk maar één ding, en dat is beloond worden, beloond worden en nog eens beloond worden. En aangezien dat nooit genoeg is, zal je ego altijd teleurgesteld zijn. Als je daar niets aan doet, zal een dergelijke teleurstelling je van binnenuit opvreten. Zo’n ego dat niet aan banden wordt gelegd noemden de boeddhisten een ‘hongerig spook’ – altijd uitgehongerd, altijd brullend van verlangen en hebberigheid.

…..

Maar mijn redding is deze gedachte: ik weet dat ik niet alleen een ego ben, maar ook een ziel. En ik weet dat mij ziel maalt om beloning of mislukking.

…..

Als ik goed voor mij ziel zorg is hij een veel onuitputtelijker en fascinerender leidraad dan mijn ego ooit zal zijn, want mijn ziel verlangt maar naar één ding, en dat is verbazing. En aangezien creativiteit voor mij de beste weg is naar verbazing, neem ik daartoe mijn toevlucht. Creativiteit voedt mijn ziel en legt het hongerige spook het zwijgen op, en zo behoedt hij mij voor mijn gevaarlijkste eigenschap.

Elisabeth Gilbert, Big Magic, pag. 230 en 231


Je kunt je ego-mind vooral herkennen aan zijn neiging om voortdurend te oordelen  en overal een mening over te hebben. De ego-mind stop alles in vakjes en hokjes. Dat is ‘leuk’, dat is ‘stom’, het weer is ‘slecht’, die meneer is ‘raar’, hun geloof is ‘achterlijk’, enzovoort. Let er maar eens op hoe vaak je (bewust  of onbewust) een oordeel of een mening hebt.

Het suffe van oordelen is dat het meestal precies het tegenovergestelde bewerkstelligt van wat je wilt. Elk oordeel bevestigt de realiteit waar je vanaf wilt. Hoe sterker je mening of oordeel, hoe harder je die realiteit bevestigt en gewicht geeft. De situatie waar je vanaf wilt, wordt alleen maar groter en het wordt lastiger om eraan te ontkomen. Oordelen vergiftigt je denken.

Tijn Touber, Heimwee naar het paradijs, pag. 115


Het lijkt erop dat een ziekte een uitnodiging is om even een pas op de plaats te maken. Je te bezinnen op de vraag waar je eigenlijk mee bezig bent, iets te doen aan stiltewerk. Een poging van je lichaam om je terug te brengen op het spoor van je werkelijke verlangens, jouw bestemming. Edoch een goed gezondheid op zichzelf is niemands levensbestemming.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 137


Wij leven in een cultuur die al eeuwlang een wantrouwende houding jegens de eigen verlangens predikt. Verlangens kunnen zondig, ongezond, egoïstisch, materialistisch en te idealistisch zijn. Wie zijn verlangens volgt zou wel eens voor nu en voor altijd gestraft kunnen worden. Deze diep ingewortelde angst belemmert een vrij zicht op de eigen verlangens. Wie zijn verlangens wantrouwt, is daarmee het vermogen om zichzelf te besturen kwijt en is manipuleerbaar.

Wie zijn verlangens blijft negeren, veroordelen of corrigeren, is als een appelboom die blijft proberen peren, kersen of bananen te maken. Hij krijgt een zwaar leven met vele teleurstellingen, veel ergernis en pijn.

Wie zijn wensen negeert, merkt dat onder andere aan het feit dat hij zich steeds vaker ergert. Als jij je wens, een kwaliteit die wel op je pad ligt, niet leeft of ontwikkelt dan erger je je aan mensen die dat wat jij alsmaar achterweg laat, op een vanzelfsprekende, nonchalante of grove manier gewoon wel doen.

Marinus Knoope, De creatiespiraal, pag. 138-139


Om vrede in de wereld te hebben, moeten de volken in vrede leven.

Om tussen de volken vrede te hebben, moeten de steden niet tegen elkaar opstaan.

Om vrede in de steden te hebben, moeten de buren elkaar verstaan.

Om vrede tussen de buren te hebben, moet er vrede heersen in huis.

Om thuis vrede te hebben, moet je hem vinden in je eigen hart.

Uit de Tao van Lao Tse, inspirator van de Taoïsme.


Elke dag de strijd aangaan met wat je tegenstaat en tegenwerkt, put je uit. De continue strijd resulteert in een verzuurd en gefrustreerd mens aan het einde van zijn of haar levensdagen. De juiste manier van het leven is om te zijn zoals het water in deze beek. Hier water ziet de keien als een gegeven en stroomt er vloeiend omheen. Wees als het water. Accepteer tegenslagen en gebeurtenissen die je levenspad kruisen. Ga vloeiend met de levensenergie mee. Het leven komt zoals het komt. Alles wat je meemaakt in je leven heeft als doel om je te laten groeien.

Hans Peter Roel, Ki pag. 203-204


De mens is getalenteerd dier. Dankzij onze verstandelijke vermogens zijn we alle andere beesten de baas geworden en de kans dat je door een andere diersoort om het leven gebracht wordt, is inmiddels extreem klein. Het grootste gevaar voor de mens is tegenwoordig de mens zelf. Dat heeft alles te maken met een klein defect in onze programmering: ook al weten we prima wat verstandig en gezond is, we handelen er vaak niet naar.

Bram Bakker, column Slaap Lekker, Plus Magazine febr. 2017.


Het is moeilijk om een balans te vinden tussen individualiteit en collectiviteit. Als je verdrinkt in de massa, kan je van je leven niet veel meer maken. Als je alleen je eigen beeltenis aan het beitelen bent en je je losmaakt van eender welke gemeenschap, loop je ook tegen een muur en ken je veel verdriet.

Mathias Daneels, Wandelen met God rond abdijen, Leo Fijen e.a. pag. 30.


Er zijn veel plekken waar mensen ongelukkig zijn in hun werk. Als dat zo is, is het zaak om iets je situatie te veranderen. Niet mopperen over obstakels, maar proberen ze uit de weg te ruimen. Ik zeg dat met grote terughoudendheid, want ik besef heel goed dat dat niet altijd gemakkelijk is, maar in laatste instantie maakt iedereen toch zelf zijn eigen keuzes. Ik denk wel eens dat we die individuele verantwoordelijkheid te veel bij mensen hebben weggehaald. Natuurlijk moet de overheid een schild zijn voor de kwetsbaren in de samenleving, maar ook in kwetsbaarheid moet iemand zijn verantwoordelijkheid houden en daarop worden aangesproken. Daarmee laat je mensen ook in hun waarde. Het is goed om mensen aan te spreken op hun mogelijkheden in plaats van op hun onmogelijkheden.

Doekle Terpstra, Wandelen met God rond abdijen, Leo Fijen e.a. pag. 139.


Als het van binnen niet goed met je zit, helpt het feit dat je in een boerderijtje op een prachtige dijk woont geen zier. Je moet jezelf zo serieus nemen dat je vanbinnen de boel op orde brengt. Pas dan kun je echt genieten van alles wat je gekregen hebt.

Inez van Oord, Wandelen met God rond abdijen, Leo Fijen e.a. pag. 181.


De weg is geen harmonieus ‘ideaal’ dat we moeizaam volgen, maar eerder het pad dat we voordurend effenen door middel van onze keuzes, daden en betrekkingen. Op elk moment van ons leven scheppen we de Weg opnieuw.

Michael Puett en Christine Gross-Loh, DE WEG, pag. 31.


Alleen door oefening zullen we in staat zijn juist te reageren. Aan het begin van ons leven reageren we met emoties; aan het eind ervan reageren we met fatsoen.

Fatsoen ontwikkelen betekent niet dat we onze emoties moeten overwinnen of bedwingen. De beleving van emoties is wat ons menselijk maakt. Het gaat er alleen om dat we onze emoties bijschaven en ons zodoende aanleren beter te reageren op anderen. Die betere reacties gaan deel van onszelf uitmaken.

Michael Puett en Christine Gross-Loh, DE WEG, pag. 45.


We hebben vaak het idee dat we grote ambities moeten koesteren om de wereld te veranderen. Confucius zou dit niet betwisten, maar hij zou er waarschijnlijk bij zeggen: ‘Verlies het kleine niet uit het oog’. Veranderingen vinden pas plaats als mensen hun gedrag veranderen, en ze veranderen hun gedrag alleen als met kleine dingen beginnen.

Michael Puett en Christine Gross-Loh, DE WEG, pag. 73.


Zodra je een plek inruimt voor je interesses, zullen zich nieuwe mogelijkheden voordoen. Je komt er misschien achter dat je het leuk vindt om met je handen te werken, maar dat je in plaats van schilderen liever iets met hout doet. Of je besluit dat Frans niets voor jou is, maar dat je het wel interessant vindt om meer over vreemde culturen te leren door immigranten les te geven in de openbare bibliotheek, wat weer tot andere dingen kan leiden: nieuw vrienden, een reis naar het buitenland of uiteindelijk een andere baan.

Door je ervan bewust te blijven hoe je interesses in de loop der tijd veranderen voorkom je dat je in je gewoontes vast blijft zitten – je zult beter in staat zijn je leven en je plannen te veranderen, zodat groei steeds mogelijk blijft.

Michael Puett en Christine Gross-Loh, DE WEG, pag. 103.


In plaats van te geloven dat macht voortvloeit uit het overwicht van de allersterkste, zouden we tot het inzicht kunnen komen dat ware  macht stoelt op het besef van de verbanden die bestaan tussen verschillende zaken, situaties en mensen.

We zijn niet alleen in staat om verbanden te begrijpen, maar ook nieuwe te leggen, waardoor compleet nieuwe werkelijkheden en werelden ontstaan. Als architecten van die werelden kunnen we machtig worden.

Michael Puett en Christine Gross-Loh, DE WEG, pag. 110.


Negativiteit trekt geen wenselijke omstandigheden aan, maar verhindert dat ze ontstaan. Negativiteit verdrijft onwenselijke omstandigheden niet, maar houdt ze in stand. De enige nuttige functie van negativiteit is dat die het ego versterkt, en om die reden is het ego er zo gek op.

Als je je identificeert met een bepaalde vorm van negativiteit, wil je die niet meer laten varen, en op een diep onbewust niveau wil je geen verandering te goede. Het zou je identiteit als depressief, boos en slecht behandeld mens maar bedreigen. Je gaat dan het positieve in je leven negeren, ontkennen of saboteren. Dat is een bekend verschijnsel. Het is ook krankzinnig.

Eckhart Tolle, De kracht van het Nu in de praktijk, pag.81


De hippies wisten nog of voelden intuïtief aan dat je compassie, liefde en eenheid met anderen niet voor elkaar krijgt met een schuin oog op je bankrekening. Geld is niet de wortel van alle kwaad, maar als winst het belangrijkste doel is, verdwijnt de kans op eenheid, want dat holt de solidariteit tussen mensen uit.

Onder de vlag van keuzevrijheid en individuele verantwoordelijkheid is 'marktwerking' (iedereen moet maar zelf zoveel mogelijk geld proberen te verdienen, dan komt alles goed) verheven tot heilige wet.

Het komt niet goed, want we zijn onderweg het 'wij-gevoel' kwijtgeraaakt.

Lisette Thooft, Happinez-Happi-Love 2017, pag. 87.


Onkruid is een plant die alle overlevingstechnieken beheerst, behalve de techniek om in de pas te lopen. Zorg dat je als onkruid bent.

Tekst op een atelierdeur in een kunstenaarspassage nabij het Bassin de la Vilette in Parijs.


De drie V-methode: het hervinden van zelfVerbinding, en zelfVertrouwen en het nemen van Verantwoordelijkheid.

Trouw zijn aan jezelf is liefde. Trouw zijn aan je ego is trouw zijn aan je angst.

Wie zit er achter het stuur van jouw levensbus?

Willem-Pieter Bierman, Happinez 4-2017, pag. 62.


Het leven loopt niet altijd zoals jij je het voorstelt, maar wel precies op de manier zoals het voor jou bedoeld is. Laat het zich ontvouwen. Laat je verrassen. Vertrouw jezelf. Het klink als een cliché, maar uiteindelijk vind je de ware liefde in jezelf en is het alleen maar een plus als je dat met een ander kunt delen.

Heb vertrouwen, Happi-love 2017, pag. 105.


Een lijst van menselijke basisbehoeften. Behalve onze lichamelijke behoeften zoals aanraking, beweging, rust enzovoort, hebben we volgens Marshall Rosenberg behoefte aan autonomie, integriteit in de vorm van authenticiteit, de mogelijkheid om het leven te vieren en ook om te rouwen, onderlinge afhankelijkheid, spel en welzijn. Onder autonomie valt bijvoorbeeld dat je je eigen manier kunt kiezen om je dromen waar te maken. Bij onderlinge afhankelijkheid horen onder andere begrip en erkenning, geborgenheid en liefde, steun en waardering, maar ook respect een eerlijkheid. Bij welzijn noemt hij harmonie, orde, schoonheid, vrede en inspiratie. Er staat niet bij : de nieuwste schoenen van Louboutain, of een villa aan de Vecht. Wel acceptatie, maar niet bewondering. Wel bescherming tegen levensbedreigende situaties, maar niet bescherming tegen teleurstellingen. Wel nabijheid, maar geen troost of compensatie voor verlies. Wel seksuele expressie, maar niet seksuele bevrediging. De kern van geweldloze communicatie is dat je eerlijk en kwetsbaar je behoeften uit, omdat je daarmee de kans groter maakt dat een ander met plezier wil helpen  die behoeften te vervullen. Maar daarbij besef je voortdurend dat je niet kunt eisen van een ander mens dat hij jouw behoeften vervult: je laat totaal open of het gebeurt of niet, en je bent niet verontwaardigd als iemand nee zegt op een verzoek. Bij een afwijzing ga je welgemoed op zoek naar een andere manier om je behoeften te vervullen.

Gezond egoïsme is dus: je verantwoordelijk voelen voor je eigen behoeften.

Lisette Thooft, Happy-love 2017, pag. 139-140.


Het ego geeft alleen om tastbare dingen zoals geld en materie en heeft veel mensen welvaart gebracht. Het ego denkt in eigenbelang, vindt status belangrijk, vindt geld belangrijk maar heeft nooit genoeg en is niet te bevredigen. Het kan ook niet tegen zijn verlies en is uit lijfsbehoud tot alles in staat. En vooral denkt het ego in afgescheidenheid: ik en de ander. Het ego kent wedijver en jaloezie en heeft daarmee een zeer vijandige wereld geschapen. Precies wat we allemaal om ons heen zien: wedijver, afgescheidenheid en commercialisering. Dit is het grootste vergif in de wereld en heeft de aarde ontzield en aan de rand van de afgrond gebracht.

Ronald Jan Heijn, Het begint, een nieuw tijdperk breekt aan, pag. 28.


Ieder die zijn of haar eigen hart niet volgt, zal zich forceren en een crisis meemaken. Een mens kan veel verdringen, opzijschuiven en zich storten op 1001 zaken, maar hij zal uiteindelijk botsen met de diepste werkelijkheid van zijn leven. De meeste mensen denken dat ze vrij zijn om te kiezen, maar ze zijn helemaal niet vrij. De crisis is dan nodig omdat het leven gebonden en beperkt is, onvrij en niet in overeenstemming met de diepste stem. Mensen die hun hart niet volgen, zullen zich uiteindelijk gaan forceren. Ze doen niet wat ze moeten doen, worden een zuurpruim, hebben geen uitstraling meer en verliezen alle dynamiek. Ze drogen uit en branden op.

Trappistin Gabriëlla Liesen, Ik wil dat je leeft, Leo Fijen, pag. 16.


Je kunt geen nieuwe oceanen ontdekken, als je niet de moed hebt de kust uit het oog te verliezen.

André Gide, Franse schrijver en Nobelprijswinnaar, 1869-1953.


Het is niet dat je opvoeding geen invloed heeft, maar stel nu een het volgende. Je bent niet zozeer het resultaat van je verleden, maar van je toekomst. Het beeld, het ontwerp, dat wat je hebt te brengen, draag je bij je. Zoals een eikel de belofte van een eik  in zich draagt.

Een spiritueel pad helpt je om jezelf te openen, vanuit een veilige setting naar diepere delen van jezelf te gaan en te luisteren naar die stem uit de toekomst, die je uitnodigt om je talenten in te zetten. Het is belangrijk om je obstakels in je hoofd en hart op te ruimen en te leven naar die roep van je potenties.

Het gaat niet alleen om verrijking van jezelf – wat op zichzelf ook een mooi doel is. Maar net als vele andere religieuze stromingen stellen wij onszelf de vraag: hoe ben ik dienstbaar aan de aarde? Dat is belangrijker dan persoonlijke doelen. Als je je open stelt, jezelf opschoont en dienstbaar maakt aan anderen, dan kan zomaar datgene ontstaan wat je belangrijk vindt.

Philip Garr-Gomm, leider van de Druïden, Happinez 8-2017, pag. 83 .


We doen niets anders dan fouten maken. Je kunt ze niet vermijden. Er zijn in India monniken die er alles aan doen om geen slecht karma te creëren. Ze dragen lapjes voor hun mond, zodat ze niet per ongeluk een vliegje inslikkenen hebben bezems bij zich waarmee ze het pad voor hun voeten vegen, zodat ze geen mieren doodtrappen. Maar met elke ademhaling zijn wij massamoordenaars van ontelbare micro-organismen waar we geen weet van hebben. Het gaat er niet om geen fouten te maken, maar te leren hoe je gracieus en constructief met fouten omgaat. Bestempel een fout niet als fout, maar zie ze als leermiddel. Maak niet elke dag dezelfde fout, maar elke dag een nieuwe.

Het probleem met te denken dat je een fout maakt, is dat je meent dat je fout bent. Je geeft jezelf op je kop en stapt daarmee uit de verlichting die je zo graag wilt ervaren. Beter is het om te lachen om een fout en die te bedanken. Daarmee stap je uit je beperkte gedachten en sta je weer in contact met het geheel en open voor inspiratie en hulp.

Een Indiase yogi, Culumn Leermonten, Tijd Touber, Happinez 8-2017, pag.  122.


Ge weet toch wat mensen als ze gaan sterven het meest betreuren? De dingen die ze onuitgesproken hebben gelaten, de keuzes die ze níet hebben gemaakt, de mooie kansen die ze zichzelf hebben ontzegd, de foute constructies die ze in stand hebben gehouden, meestal omdat ze bang waren en dat niet eens durfden te onderkennen.

Griet op de Beeck, Gezien de feiten, pag. 52.


Een dubbel beeld van het hedendaagse onbehagen: aan de ene kant een permanent ontevreden burger, die niet langer een algemeen belang erkent en ook geen geduld meer heeft voor wat Freud het realiteitsprincipe noemt. Deze burger is gewend zijn zin te krijgen, hem is beloofd dat hij zijn eigen wereld mag maken; wat niet aan zijn verlangens tegemoet komt, wekt zijn desinteresse of, wanneer hij zich erdoor gedwarsboomd voelt, zijn woede. Deze burger is een diva, door en door egocentrisch en verwend, intolerant voor andere opvattingen, in wezen voor alles dat als anders wordt ervaren.

Het andere beeld is dit: het gaat om het individu dat weliswaar van alle kanten autonomie krijgt aangepraat, maar in zijn eigen leven juist vooral een verlies  van autonomie ervaart. Nieuwe technologie maakt zijn leven steeds gemakkelijker, maar ook complexer – technologie stelt hem in staat  met zo ongeveer de hele wereld te communiceren, maar confronteert hem ook met de overweldigende verknooptheid der dingen. Er is te veel dat zijn aandacht opeist, empathie  van hem verlangt, hem confronteert met zijn eigen beperkingen. Tegelijkertijd is er steeds minder sprake van echt contact en zijn oude gezagsstructuren ontmanteld uit naam van de vrijheid en dan vooral keuzevrijheid. Maar die vrijheid wordt ook als een zware last ervaren en is de last van zelfregulering zwaarder geworden.

Bas Heijne, Onbehagen: Nieuw licht op de beschaafde mens, pag. 61-62.


Vaak wordt gezegd dat onze tijd een individualistische tijd is. Dat is ook zo. Maar dat is niet alleen maar negatief: ik zal al mijn geestelijke krachten moeten aanspreken om in deze tijd een eigen weg, een eigen leven te vinden dat bij mij past. We worden teruggeworpen op onszelf, maar juist daardoor is het mogelijk nieuwe krachten in onszelf te ontdekken en die ons eigen te maken.

Een levensles die we met name in deze tijd kunnen leren is de les die ons leert om op eigen benen te staan de verantwoordelijkheid voor ons eigen leven te leren dragen.

Hans Stolp en Harm Wagenmakers, Atlantis herhaald?: Over de tijd die komen gaat, pag. 41.


Onze emoties zijn niet iets om bang voor te zijn, nee het zijn in wezen kostbare aanwijzingen die ons iets vertellen over onze reacties op de gebeurtenissen in ons en om ons heen. Ze geven ons aanwijzingen over wat er in onszelf om verandering vraagt. Als ik bijvoorbeeld boosheid voel omdat iemand mij iets vraagt waarop ik geen nee durf of wil zeggen, dan kan die boosheid mij duidelijk maken  dat ik mijn eigen grenzen niet voldoende bewaak en dat ik wat vaker ‘nee’ moet leren zeggen. Ik moet me niet door die boosheid mee laten slepen, maar met een zekere afstandelijkheid kijken naar de boodschap die deze emotie mij wil geven. En hoe meer ik de boodschap van mijn emoties versta, hoe meer ik  in zuiverheid groei. En hoe zuiverder ik wordt, hoe genezender de energie, de toon, die van mij uitgaat. Zo mag ik in stilte meewerken aan de grote transformatie die in het volbracht moet worden.

Hans Stolp en Harm Wagenmakers, Atlantis herhaald?: Over de tijd die komen gaat, pag. 21.


Tegenpolen zijn een belangrijk gegeven op de weg van ons leven, ze vormen een twee-eenheid. Hoe weten we wat vrijheid is als we niet hebben ervaren wat gebondenheid is, wat mooi is als we niet weten wat lelijk is, wat liefde is als we geen haat hebben gevoeld, wat vrede is als we niet de gruwelen van de oorlog hebben ervaren of gezien, wat boven is als we niet beneden zijn geweest, wat vreugde is als we geen droefheid kennen. We willen groeien en ons ontwikkelen en tegenpolen trekken ons naar de mooiste van de twee polen. Haat, lelijkheid, oorlog, gebondenheid en bijvoorbeeld afstandelijkheid voelt als negatief, hun tegenpolen als positief. Haat maakt ons bewust van de waarden van liefde en dat bewustzijn stimuleert ons streven om liefde te ontvangen en te geven.

Harrie Bielders


De tijd waarin we nu leven vraagt, of misschien kan ik beter zeggen schreeuwt, om een transformatie naar een meer liefdevolle manier van leven en werken. Waarmee we onszelf, anderen en moeder aarde niet langer schaden - zoals we in onze huidige wereld op grote schaal doen -, maar weer gaan dienen met heel ons hart. Velen van ons verlangen diep vanbinnen naar zo’n transformatie. Er hangt een ingrijpende, maar hoopvolle omslag in de lucht, zo voelt het. Een beweging naar een hoger niveau van bewustzijn, naar andere vormen van (samen)leven en (samen)werken, op basis van waarden als vertrouwen, vrijheid en betrokkenheid bij elkaar en de wereld. Een beweging naar liefde. Om die beweging te kunnen maken, zullen we de identificatie met ons ego moeten loslaten.

Roelien Dekker, Van egoisme naar eenheid, Mantr 14 – Het ego, pag. 13.


Ons ego is slechts een klein onderdeel van wie we zijn, maar het belemmert ons vaak het zicht op het grotere geheel. Als we gaan beseffen en ervaren dat we zoveel meer zijn dan ons ego, dat ons ware zelf oneindig  groot en krachtig is, dan kunnen we andere keuzes maken met elkaar een andere werkelijkheid creëren.

Als mens hebben we allemaal een ego, dat hoort bij ons menszijn, en een ego hebben we ook nodig om iets in de wereld te zetten. Het gaat mis als ons ego uit balans raakt. Als we ons ego te veel opblazen, veelal uit een gebrek aan eigenwaarde en eigenliefde, en controle en macht gaan uitoefenen over een ander. Of als we ons ego onder het kleed schuiven, eveneens veelal uit een gebrek aan eigenwaarde en eigenliefde, en anderen macht over ons laten uitoefenen, waarbij we ons eigen persoonlijke wilskracht niet meer voelen. De overheerser tegenover het slachtoffer.

Ons ware zelf daarentegen is werkelijk groots en bescheiden. Het heeft een enorme potentie en creatief vermogen, maar ook het besef dat het onderdeel is van een groter geheel, waarin we als mensen maar een bescheiden rol spelen.

Roelien Dekker, Van egoisme naar eenheid, Mantr 14 – Het ego, pag. 13.


Schilpadden kunnen meer over de weg vertellen dan hazen.

Als je je geheimen aan de wind onthult, verwijt hem dan niet dat hij ze doorvertelt aan de bomen.

Als je niet graag doet wat je doet en niet doet wat je wel graag doet, dan heb je wanklank boven muziek verkozen.

Als je de zon de rug toekeert, zie je alleen maar je eigen schaduw.

Enkel langs het pad van de nacht kan men de morgenschemering bereiken.

Kahlil Gibran, Libanees dicher, 1883-1931


In de eeuwen die achter ons liggen, hadden we altijd de stam, het volk, de dorps- of geloofsgemeenschap waarin wij ons ingebed en veilig wisten. Dat had zo zijn voordelen, maar in toenemende mate ook zijn nadelen: je kon je eigen individualiteit maar moeilijk ontplooien.

Later, toen vele van die verschillende gemeenschappen afbrokkelden en minder hecht werden, was daar nog altijd het familieverband als een dragende kracht. Maar in onze tijd brokkelen ook de familiebanden af en worden deze los een breekbaar. Belangrijker dan de bloedband wordt in onze tijd de geestelijke band die we met iemand hebben. We komen er als mens dus  meer en meer alleen voor te staan.

Dat is dus het nieuwe in onze tijd: dat je steeds minder draagkracht kunt ontlenen aan de verbanden waarin je leven is ingebed en dat je meer wordt teruggeworpen op jezelf. Een zware opgave, maar ook een geweldige uitdaging. Want wie er helemaal alleen voor komt te staan en niet langer op anderen kan terugvallen, die zal nu de eigen innerlijke krachten moeten aanspreken om te overleven. Een proces waarbij een mens veel te winnen heeft: de geestkracht die het hem mogelijk maakt ook werkelijk te leven naar eigen inzicht, naar eigen begaafdheden, naar eigen innerlijke opdracht. We worden op onszelf teruggeworpen. Om zo de ruimte te creëren voor de eigen waarheid die in ieder van ons leeft. En van daaruit zullen we ons op een andere, nieuwe manier met elkaar mogen verbinden. Een verbinding, die tegelijk de volkomen vrijheid van de ander respecteert. Die de ander niet gebruikt om de eigen verantwoordelijkheid op af te schuiven, of om het eigen gelijk bevestigd te krijgen.

Hans Stolp en Harm Wagenmakers, Atlantis herhaald?: Over de tijd die komen gaat, pag. 41.


De beloning van conformisme is dat iedereen je leuk vindt, behalve jij.

Rita Mae Brown

 

Waarheid is een opinie.

Gehoord.

 

Als vader wijs je deuren aan. Kinderen moeten zelf maar bepalen of ze daar doorheen lopen of niet.

Arnoud Hauben.


Kinderen hebben ramen en spiegels nodig.

Mylo Freeman, schrijfster. 


Succes maakt een normale relatie met de werkelijkheid onmogelijk.

Pietro Marcello, filmregiseur.


'Alles wat werkelijk groots en meeslepend is, is gecreëerd door een individu dat kan werken in vrijheid.'

Albert Einstein

 

Je maakt niet veel mee als je blijft zitten waar je zit.

Happinez 3-2019, pag. 15.

 

Aan een boom groeien de takken alle kanten op. Zo leef ik mijn leven ook. Maar ons wordt geleerd om volgens bedachte lijnen te leven: een boom en takken moeten precies zus en zo groeien. Op die manier haal de pure levensenergie eruit. Ik zoek veel stilte op en vul niet in hoe ik moet groeien. Het leven mag zich totaal ontvouwen.

Heleen Reijnierse, Happinez 3-2019, pag. 73.

 

In de eeuwen dat de vrouwelijke energie werd onderdrukt, werd de mannelijke energie net zo goed verminkt. Het is belangrijk te beseffen dat het patriarchaat voor beide seksen schadelijk beperkend is geweest. De tijd is, als je het mij vraagt, gekomen  om niet langer te wijzen naar de andere sekste als dader, maar om samen de weg terug te vinden naar wat hogere vrouwelijke energie en hogere mannelijke energie nu eigenlijk inhoudt. De tijd is rijp om de wikkels af te leggen waarmee traditie, cultuur en opvoeding beide sekse afknelt. Dat vereist een bereidheid om slachtofferschap achter te laten, inspanning  om in jezelf te zoeken naar wat je hebt verwaarloosd en wat opnieuw geboren mag worden. Het vereist onderscheidingsvermogen tussen wat je dacht dat waar, gezond, normaal was en wat je diepste innerlijk zegt. En het vereist moed om ernaar te leven, ongeacht de oordelen van anderen. Wie ongetemd wil blijven, zal weerstand ontmoeten.

Susan Smit, Happinez 3-2019, pag. 84.

 

Ik was al langer gefascineerd door het feit dat sommige mensen hun leven laten bepalen door hun verleden - en niet zelden als slachtoffer -, terwijl anderen zich juist laten inspireren door de mogelijkheden die voor hen in het verschiet liggen.

Volgens hoogleraar psychiatrie en psychotherapie Frank Koerselman lijdt de moderne mens aan een teveel aan ijdelheid en een gebrek aan zelfrelativering, en is hij verleerd om op een gezonde manier om te gaan met frustratie en tegenslag. En de enige voorspelling voor geluk of ongeluk is het vermogen tot omgaan met tegenslag. Degene die het beste kan omgaan met tegenspoed, heeft het meeste kan op voorspoed.

De bioloog Charles Darwin zei ‘Het is niet de sterkste soort die overleeft, het is ook niet de intelligentste die overleeft. Het is die ene die het beste tegen verandering kan’.

Annejet van der Zijl, De Amerikaanse prinses, pag. 236-237.

 

Als je tevreden bent met jezelf kan niemand je wat zeggen.

Sabrina Starke, Happinez 3-2019, pag. 126.


Gary Ferguson (De acht lessen van de natuur) leerde van een Native Amerincan dat als je goed naar de natuur kijkt, je altijd drie dingen terug vindt: harmonie, balans en ritme.

‘Harmonie kunnen we opvatten als niet ingaan tegen wat er gebeurt, maar je aanpassen. Een trekkende eend die met forse tegenwind te kampen heeft, zal besluiten te landen en te wachten op betere weersomstandigheden, in plaats van de uitputtingsslag aan te gaan.

De tweede kwaliteit, balans, is op te vatten als het streven naar een evenwicht tussen de energie die binnenkomt en energie die eruit gaat. Diezelfde eend zal precies zoveel graan eten  als hij nodig heeft voor de inspannende vlucht.

En ten slotte is er ritme: de dagelijkse en seizoenscycli en levensfasen die ons allen sturen – de afwisseling van sterke activiteit  en rustig herstel.’

Jocelyn de Kwant, Hapinez 7-2019, pag. 59.


Sadhguru heeft een missie. Hij wil de wereld duidelijk maken dat er weinig van werkelijke waarde te vinden is buiten jezelf.

‘Dat is de dwaasheid van de mens, van dit moment. De bron van alle ervaringen bevindt zich in ons. Alles wat je meemaakt, ervaar je tenslotte in jezelf. Pijn, plezier, genot, kwelling, het gebeurt allemaal van binnen. Alle ervaringen zijn voor honderd procent door jezelf gecreëerd. Je gedachten, je emoties – alles is zelfgemaakt. Dus de oplossing voor alle problemen moet je niet zoeken buiten jezelf, maar vinden in jezelf. Die ervaringen geven je de macht over jezelf terug. We hebben niet geïnvesteerd in de ‘binnenkant’ en nu vragen we ons af waarom zoveel mensen problemen hebben. Mijn advies: Word de baas over je gedachten, over je emoties en over je lijf. Organize yourself.’

Inez van Oord, Hapinez 6-2019, pag. 25-26.


Verantwoordelijkheid houdt in dat je alles wat je hebt aan anderen geeft, maar niets van jezelf verliest.

McEwan, Zaterdag.

 

Het is mijn verantwoordelijkheid goed voor mijzelf te zorgen, opdat ik voor anderen kan zorgen (anders ben ik geen ik meer).

Jan Keij, Levinas in de praktijk, pag. 131.


Een mens is nooit méér mens dan wanneer hij zichzelf geweld aandoet, wanneer hij tegen zijn eigen instincten van veiligheid en zelfbehoud in handelt, wanneer hij zijn natuurlijke streven naar veiligheid, trots en roem eigenhandig onderuithaalt, wanneer hij zijn vijand tegemoetkomt en wanneer hij opzoekt wat hij haat. Wanneer hij zijn eigen beeld van de wereld aan gruzelementen durft te slaan. Het andere, het vreemde, dat wat buiten jezelf ligt, is dan niet langer louter gevaarlijk en ondermijnend. Het is noodzaak geworden. Zo’n houding is allesbehalve gemakkelijk, omdat het recht tegen onze instincten ingaat.

Bas Heijne, Mens/onmens, pag.115,116,121 en 122.

'Bemin u naaste zoals uzelf.'


‘Deze ooit overbekende morele stelregel is heel wat minder eenvoudig dan op het eerste gezicht wel lijkt. Er schuilt een bepaalde veronderstelling in, waarvan de juistheid allesbehalve zeker is: dat ik mezelf bemin. In de praktijk koesteren wij vaak heel gemengde gevoelens jegens onszelf.

In een vorige maatschappij nam onze verdeeldheid de vorm aan van een conflict tussen opgelegde deugdzaamheid en verborgen wellust; in de huidige maatschappij voelen we ons al snel tekortschieten omdat de voorgehouden idealen onbereikbaar blijven. In beide gevallen kunnen we teleurgesteld of zelfs kwaad op onszelf zijn. In dat geval is de kans groot dat we onze woede vroeg of laat naar buiten richten, op iemand anders. De ironie wil dat we daarmee nog steeds de morele stelregel naleven, maar dan in negatieve zin: we houden van de ander zoals we van onszelf houden. Dat wil zeggen, ik ben net zo kwaad op de ander als op mezelf.


Ook wanneer we de kwaadheid uitsluitend op onszelf blijven richten en onszelf verwerpen, blijft een liefdesverhouding moeilijk. In dat geval zal ik, wanneer ik iemand ontmoet die mij ziet zitten, haar afwijzen, want een liefdevolle blik van de ander past niet in de manier waarop ik naar mezelf kijk.

Wanneer ik iemand ontmoet die mij maar niks vindt en voordurend bekritiseert, dan vind ik haar de ware en zei ik haar helemaal zitten, want ze bevestigt helemaal mijn zelfbeeld.

Als ik kies voor een ideale partner, dan wordt mijn gevoel mislukt te zijn nog uitvergroot. Zij is zoveel beter dan ikzelf, in vergelijking met mij is zij perfect, dus hou ik van haar omdat zij weerspiegelt wat ik zou moeten zijn.

In al die gevallen zal intimiteit onmogelijk zijn omwille van dezelfde rede: de ik-figuur zit niet goed in zijn vel, houdt niet genoeg van zichzelf. Hoe zou hij van iemand anders kunnen houden?

Een betere formulering van de ‘bemin uw naaste als uzelf’-stelregel luidt als volgt: hou van jezelf zodat je op een vergelijkbare manier van iemand anders kunt houden.’

Paul Verhaeghe, Intimiteit, pag. 277-278